Het gebouw ligt aan de rand van het dorp grenzend aan een bos en een landgoed. “Les krijgen op een open plek tussen de bomen” is de achterliggende gedachte geweest bij het vormgeven van de gevel van de paviljoens. Verticale met hout beklede stroken in verschillende vormen geven de suggestie dat je door de bomen die open plek in het bos ziet waar lesgegeven wordt.
De nieuwbouw voor AOC Oost in Twello is gerealiseerd op de locatie van het oorspronkelijke pand. Het nieuwe ontwerp kenmerkt zich door kleine gebouwblokken welke aan elkaar verbonden worden door atria. Op de begane grond zijn alle vaklokalen en ondersteunde ruimten onder gebracht. In de knik van het gebouw ligt de verdiepte kantine met uitzicht op het achter liggende terrein. Het laatste volume huisvest een dubbele gymzaal hieronder ligt ook de fietsenstalling. De kop wordt beëindigd door de praktijkkas. Op de verdieping van de gebouwblokken bevinden zich steeds de homes. Elk home huisvest een eigen leerjaar voor het VMBO of MBO. Elk home bestaat uit een centrale ruimte waar omheen lokalen liggen. Tevens is er een cluster met voorzieningen.
De gevels zijn opgebouwd uit stroken houtskeletbouw die zijn afgewerkt met verduurzaamde houten gevel bekleding en aluminium kozijnen. De gevel van de kantine bestaat uit een houten vliesgevel met gekleurde glaspanelen. De gevelvlakken bij de gymzalen en in de atria worden voorzien van verticaal groen. Uitgangspunt voor het klimaat is de Frisse scholen klasse B, de EPC is met minimaal 20% gereduceerd t.o.v. de toen geldende norm tot 0.72.
Fotografie: Studio de Nooyer
Landschappelijke inpassing
De locatie van de nieuwe school is gelegen aan de rand van het dorp, grenzend aan een fraai landschap met weilanden en landgoederen. Het terrein kent hiermee geheel verschillende randen.
Een van de charmes van de inrichting is de soms provisorische toe-eigening van de verschillende ruimtes. Aan de zuidzijde lijkt het meer op een boerenerf dan op een schoolterrein, compleet met schapen, eenden, een mestvaalt, allerlei hokken, kassen etc. Het noordelijk deel bestaat grotendeels uit een sortimentstuin, dit levert een gevarieerd beeld op. De omgeving en het gebouw worden met elkaar verbonden door atria waarbij vijvers van binnen naar buiten lopen. Visueel lopen deze transparante ruimtes door naar buiten, door binnen en buiten eender in te richten met vijvers, exotische planten in potten en vogelkooien.
De hoofdindeling: een sortimentstuin aan de noordzijde, ‘boerenerf’ aan de zuidzijde. Het parkeren en de bereikbaarheid voor bussen, busjes en vrachtwagens wordt zo ingericht dat de wijk er zo min mogelijk hinder van heeft.
Zo vindt de bevoorrading geheel plaats vanuit het oosten opdat er geen vrachtverkeer meer door de wijk hoeft. Voor de auto is het parkeren geclusterd aan de oostzijde, deze locatie is zowel vanuit het oosten als vanuit het westen toegankelijk. Bij de entree zijn een zestal parkeerplaatsen voorzien voor gasten en mindervaliden.
De verschillende programmaonderdelen zij afgestemd op de binnenruimtes. Ze worden ‘omhaagd’, daarmee ontstaat een ‘casco’ waarbinnen veel ruimte is voor eigen invulling door de school: immers een Agrarische school met dieren, planteneducatie, teelt, kassen. bloemsierkust etc. Aan de zuidzijde van het gebouw wordt het terrein veel opener waardoor het Landgoed Hackfoort Veenhuis manifester in het landschap komt te liggen.
Inpassing en ruimtelijke organisatie
De school bestaat uit verschillende, geschakelde, paviljoens. Hierdoor is het mogelijk om binnen een grote school toch een eigen beschermde afdeling en plek te hebben. De binnenruimten lopen over middels een glazen multifunctionele ruimte tussen de paviljoens. Deze ruimte vormt de natuurlijke overgang van binnen naar buiten en sluit naadloos aan op het rond de school aangelegde park.
Het aanzienlijke programma is opgedeeld in een viertal bouwdelen van twee bouwlagen. De bouwdelen worden met elkaar verbonden door dubbel hoge multifunctionele ruimten. Daarnaast zijn er nog een dubbele gymzaal en kassen in het gebouw geïntegreerd. Op de begane grond liggen alle praktijk- en ondersteunende ruimten. Op de verdiepingen bevinden zich per bouwdeel de verschillende leerjaren de zogenaamde homes waar het theorieonderwijs plaats vindt. Deze homes bestaan uit een centraal middenplein waar rondom de lesruimten zijn gesitueerd. Door zoveel mogelijk gangwanden van glas uit te voeren ontstaat veel openheid. Bij het ontwerp van het gebouw is het hoogteverschil in het terrein optimaal uitgenut. De gevels zijn uitgevoerd in verduurzaamd Fraké hout.
Door slim om te gaan met oppervlakten voor verkeers- en multifunctionele ruimten is er binnen het programma ruimte gemaakt voor het realiseren van een fietsenkelder en een tweede gymzaal. De centraal gelegen aula, met aansluiting op het schoolplein, kijkt uit over het achtergelegen landgoed. De atria tussen de bouwdelen vormen een verbinding tussen binnen/buiten. Tevens zijn hier in, van binnen naar buiten, vijvers opgenomen. Naast verkeersruimte zijn de atria ook te gebruiken als multifunctionele ruimte.
Duurzame materialen
Deze atria zijn uitgevoerd met standaardkasprofielen en enkel glas zoals bekend uit de glastuinbouw. Hierdoor is het mogelijk een tussen klimaat te creëren tussen de buiten temperatuur en de paviljoens.
Voor de gevel van het gebouw is gekozen voor een natuurlijke uitstraling. Hierom is gekozen voor verduurzaamd Fraké hout. Deze houtsoort is afkomstig uit verantwoord beheerde FSC bossen en kan onbehandeld worden toegepast op gevels.
De gevel is in basis opgebouwd uit houtskeletbouw (HSB) elementen waardoor er in een beperkte dikte een hoge (Rc=5) isolatiewaarde gehaald kon worden. Aan de binnenzijde zijn de HSB elementen afgewerkt met gelakt multiplex zodat de natuurlijke uitstraling van buiten ook binnen zichtbaar is. De kozijnen zijn uitgevoerd in onderhoudsarm aluminium.
Flexibel
De gebouwdelen zijn flexibel in te delen. Er is gekozen voor een metalstud wand opbouw met een, goed te reinigen, kunststofafwerking. In de praktijklokalen is gekozen voor een wand van betonsteen. Ook met de keuze van materialen voor op de vloeren is rekening gehouden met het gebruik. De zwaar belaste praktijklokalen zijn voorzien van troffelvloeren. De theorieruimten van een linoleum afwerking.
Duurzame technieken
Doordat het gebouw gebruik maakt van warmte- en koudeopslag kan, in de zomersituatie, de warmte die in de atria ontstaat in de grond opgeslagen worden. In de winter werkt dit principe omgekeerd. Ook wordt er gebruik gemaakt van technieken als lagetemperatuurverwarming, CO2-gestuurde ventilatie met warmteterugwinning en armaturen met daglichtregeling.
Ondanks dat het gebouw binnen de bestaande kaders van het bestemmingsplan gerealiseerd moest worden kon het gebouw voor het grootste gedeelte een Oost-West oriëntatie krijgen. De ruimtes met gevelopeningen aan de Zuidgevel zijn beperkt gehouden of bevinden zich onder een groot overstek.
Het gebouw is opgedeeld in verschillende geschakelde paviljoens waardoor de kleinschaligheid naar de omgeving toe wordt gewaarborgd. De paviljoens zijn installatietechnisch gescheiden waar door deze zelfstandig kunnen functioneren.
Hieronder vindt u downloads die behoren bij het project.
